Doen! Tuinvogels voeren!

Zet alvast in je nieuwe agenda: van vrijdag 24 tot en met zondag 26 januari 2020 is het in Nederland weer tijd voor de Nationale Tuinvogeltelling en in Vlaanderen voor Het Grote Vogelweekend. Neem een voorsprong op een hoge score door tuinvogels naar je tuin te lokken met speciaal vogelvoer en door nestkasten schoon te maken of op te hangen. Daarmee sla je ook nog eens twee vliegen in een klap: je beleeft veel plezier aan al dat gefladder en getjilp en je hebt extra bondgenoten in je strijd tegen tuinplagen als slakken, buxusmotten en eikenprocessierupsen. In ons tuincentrum in Oosterhout vind je allerlei soorten vogelvoer en nestkasten.

7 vogelvoertips

1. Helemaal hip en een groot succes bij tuinvogels is speciale vogelpindakaas, waarvoor je in ons tuincentrum in Oosterhout ook de bijbehorende houten voederhouders kunt kopen die je tegen de muur van je huis of garage of aan de schutting of schuur kunt bevestigen. Gebruik nooit gewone pindakaas, want daarin zit zout en dat is zeer ongezond voor vogels. Vogelpindakaas is er zelfs met meelwormen, bessen of insecten.
2. Ongebrande (dop)pinda's vallen ook in de smaak. Koop een zak doppinda's en rijg er met de (klein)kinderen een slinger van die je in de pergola of boom drapeert. Voor de reeds gedopte pinda's zijn allerlei verschillende voedersilo's en -schalen verkrijgbaar, in allerlei materialen, vormen en prijsklassen.
3. Zelfgemaakte of kant-en-klare vetbollen gebruik je het best alleen als het echt winters koud is. Bij warmere temperaturen in de herfst en in het voorjaar wordt het vet al snel ranzig. Maak samen met de (klein)kinderen eens mooie muffin- of koekvormen, bijvoorbeeld in de vorm van een ster, die je vult met ongebruikt en ongezouten frituurvet, zaden en gewelde rozijnen. Gebruik ongeveer één deel frituurvet op één deel zadenmengsel en rozijnen. Smelt het vet in een pan, voeg daar al roerend de zaden en rozijnen aan toe. Laat het mengsel een beetje afkoelen en giet het in de vormpjes. Leg een stevige katoenen draad of stuk touw in het midden van de vorm en laat deze minstens een paar uur afkoelen. Hang de vetfiguren vervolgens aan de pergola of een boomtak.
4. Fruitig krachtvoer is niet alleen voor ons, maar ook voor tuinvogels een gezond onderdeel van het dagelijks menu. Heb je geen bessenstruiken als een vuurdoorn, bottelroos, meidoorn of lijsterbes in de tuin, verwen de vogels dan met stukjes appel, appel- en perenschillen, druiven, stukjes kokosnoot en rozijnen of krenten.
5. Hang schalen of silo's met een zadenmix niet boven je gazon of border en verspreidt daar ook geen strooivoer. Er ontsnappen altijd wel wat zaden aan de aandacht van onze gevleugelde vrienden, waardoor je dan straks opeens allerlei vreemde kiemplantjes moet gaan verwijderen.  
6. Vermijd (te veel) brood. Er is een nieuwe welzijnsziekte in onze rijke West-Europese landen en die heet 'Angel Wing' of 'draai- of hangvleugel'. Het zijn jonge watervogels, zoals eenden, ganzen en zwanen, die de dupe worden wanneer ze te veel eenzijdig en te eiwitrijk voedsel krijgen. Lief bedoeld, en hartstikke leuk voor kinderen, maar voer de eendjes in de vijver in je tuin of in het park dus liever niet met oud brood. De slagpennen in de vleugels van de watervogels gaan daardoor te snel groeien, waardoor deze in een rare stand gaan staan. Dit vormt een ernstige handicap bij het vliegen en is alleen te genezen wanneer een dierenarts de vleugels op tijd intapet.
7. Wees zo scheutig en kwistig als je wilt of kunt zijn met het voeren van de tuinvogels met speciaal vogelvoer, want in tegenstelling tot onszelf weten ze precies wanneer ze genoeg gegeten hebben. Ze zullen zich dus niet tonnetje rond eten.